Bij het gepresenteerde actuele beeld is een aantal ‘overige ontwikkelingen’ van belang, die het beeld sterk kunnen beïnvloeden (zowel positief als negatief):
Ontwikkeling algemene uitkering: gevolgen coronacrisis
Het is nog erg prematuur om een beeld te geven van de gevolgen van de huidige coronacrisis op de ontwikkeling van de algemene uitkering. Wel is de verwachting dat de extra uitgaven van het rijk in verband met de coronacrisis in beginsel GEEN effect zullen hebben op de hoogte van de algemene uitkering (vanuit de systematiek ‘samen trap op – samen trap af’). Het kabinet heeft besloten dat deze extra uitgaven buiten de systematiek zullen vallen.
Een andere factor die van betekenis kan zijn, is de ontwikkeling van de economie. Het Centraal Plan Bureau (CPB) heeft eind maart 2020 scenario’s gepubliceerd waaruit blijkt dat ons land door de coronacrisis naar verwachting te maken zal krijgen met een economische recessie. Naarmate de maatregelen langer nodig zijn, wordt de recessie dieper.
De ontwikkeling van de rijksuitgaven en de mate waarin deze effect hebben op het gemeentefonds is erg onzeker.
Overige onzekerheden algemene uitkering
- het is mogelijk dat het rijk aanvullende middelen beschikbaar stelt voor de jeugdzorg vanaf 2022 (hiervoor is nu binnen de begroting een uitgaven verlagende taakstelling opgenomen);
- het is mogelijk dat het rijk het totale gemeentefonds verruimt.
Ontwikkelingen sociaal domein
- de herverdeling van de middelen voor de regionale taak ‘beschermd wonen’ lijkt voor de regio Apeldoorn negatief uit te pakken; maar omdat het rijk voornemens is vanaf 2022 alleen nieuwe gevallen voor rekening van de regiogemeenten te laten komen, is het risico voor Epe beperkt tot de ontwikkeling van deze gevallen;
- de (financiële) effecten van de transformatie in het sociaal domein (jeugdzorg/Wmo) worden zichtbaar; in 2019 bleven de structurele uitgaven binnen de geraamde budgetten; er geldt een taakstelling van € 1 mln., die momenteel in het kader van de ‘transformatie’ wordt uitgewerkt; op basis van de huidige inzichten en ‘tussenresultaten’ wordt de taakstelling reëel geacht; wel zal deze niet al in 2022 kunnen worden gerealiseerd, maar gefaseerd in een periode van 4 jaar; om dit te realiseren zal nog wel geïnvesteerd moeten worden met aanvullend beleid/middelen.
Precariobelasting op kabels en leidingen
Een procedure tegen een grote aanslag uit 2017 is gestaakt, waardoor deze opbrengst (€ 2,2 mln.) nu definitief is gerealiseerd en kan worden ingezet.
De opbrengst over 2019 is eveneens definitief gerealiseerd, maar deze valt in de jaarrekening 2019 weg tegenover de nadelen die in 2019 zijn gerealiseerd.
Door actualisatie van het huidige leidingenbestand, is de grondslag voor de aanslagen over 2020 en 2021 lager (wordt nu twee keer € 1,9 mln.). Voor deze opbrengsten geldt dat deze als definitief gerealiseerd (en daarmee financieel inzetbaar) kunnen worden beschouwd, als blijkt dat tegen de aanslagen geen bezwaar wordt gemaakt.
Gemeentelijk belastinggebied
- over de mogelijkheden voor verruiming van het gemeentelijk belastinggebied zal eerst een volgend kabinet mogelijk besluiten nemen.
Ontwikkeling loon- en prijsindex
Op basis van de reguliere methodiek en de meest actuele cijfers die zijn gepresenteerd door het CBS, zijn de uitgangspunten voor de nieuwe begroting bepaald. Samengevat :
- prijsindex 2021: +2,0% (+0,3% correctie 2020, +1,7% voor 2021)
- loonindex 2021: +5,65% (+2,85% correctie 2020, +2,8% voor 2021)
Voor de stijging van de loonkosten ten opzichte van de huidige meerjarenbegroting wordt in de algemene uitkering een compensatie ontvangen. De mogelijke invloed van de coronacrisis hierop is nog niet meegenomen.