Financiële begroting

A. Overzicht van baten en lasten in de begroting

Terug naar navigatie - A. Overzicht van baten en lasten in de begroting

Het overzicht van baten en lasten in de begroting bevat:

de baten, de lasten en het saldo per programma.

  1. de algemene dekkingsmiddelen.
  2. de kosten van de overhead.
  3. verwachte heffing voor de vennootschapsbelasting.
  4. het bedrag voor onvoorzien.
  5. het totaal saldo van baten en lasten.
  6. toevoegingen en onttrekkingen aan reserves per programma.
  7. het geraamde resultaat.

 

(bedragen x € 1.000) X 2024 X 2025 X 2026 X 2027
Programma’s Baten Lasten Saldo Baten Lasten Saldo Baten Lasten Saldo Baten Lasten Saldo
1. Opgroeien in Epe 842 18.103 -17.261 842 17.282 -16.440 815 17.517 -16.702 815 17.533 -16.718
2. Actief in Epe 997 5.466 -4.469 993 5.229 -4.236 961 5.047 -4.086 906 4.991 -4.086
3. Zorg en opvang 1.106 15.308 -14.202 1.110 15.589 -14.479 1.534 15.647 -14.113 1.527 15.763 -14.236
4. Leefbaar en veilig 64 3.716 -3.652 64 3.752 -3.688 64 3.801 -3.737 64 3.750 -3.687
5. Ruimte en wonen 3.079 4.508 -1.429 3.069 4.246 -1.177 3.018 4.213 -1.196 2.993 4.217 -1.224
6. Epe op orde 1.313 9.666 -8.353 1.313 9.713 -8.400 1.313 9.848 -8.535 1.313 9.901 -8.588
7. Duurzaamheid 9.250 9.810 -560 9.050 9.662 -612 9.050 9.682 -632 9.050 9.682 -632
8. Toezicht en handhaving 85 716 -631 85 716 -631 85 716 -631 85 716 -631
9. Bedrijvigheid 114 1.257 -1.143 114 1.141 -1.027 114 1.114 -1.000 114 1.114 -1.000
10. Weer aan het werk 8.207 17.293 -9.086 8.207 17.162 -8.955 8.207 17.062 -8.855 8.207 16.956 -8.749
11. Bestuur en organisatie 627 3.820 -3.193 629 5.170 -4.541 665 5.537 -4.872 653 7.151 -6.498
Subtotaal saldo programma's 25.686 89.664 -63.978 25.478 89.663 -64.185 25.826 90.185 -64.359 25.727 91.776 -66.049
Algemene dekkingsmiddelen:
- Lokale heffingen 8.474 476 7.998 8.731 464 8.267 8.882 462 8.420 9.044 461 8.583
- Algemene uitkering 66.228 142 66.086 69.342 158 69.184 66.125 158 65.967 67.517 103 67.414
- Dividend 135 11 124 135 11 124 135 11 124 135 11 124
- Saldo financieringsfunctie 2.192 -824 3.016 2.192 -824 3.016 2.192 -824 3.016 2.192 -824 3.016
- Overige algemene dekkingsmiddelen - - - - - - - - - - - -
Subtotaal algemene dekkingsmiddelen 77.028 -196 77.224 80.399 -192 80.591 - 77.333 -194 77.527 78.887 -250 79.137
Overheadkosten 802 15.134 -14.332 783 14.224 -13.442 771 13.862 -13.092 771 13.797 -13.026
Heffing Vennootschapsbelasting - - - - - - - - - - - -
Onvoorzien - 117 -117 - 117 -117 - 117 -117 - 117 -117
Geraamde totaal saldo van baten en lasten 103.516 104.719 -1.203 - 106.660 103.812 2.848 - 103.930 103.971 -41 105.385 105.440 -55
Mutaties in reserves:
1: Opgroeien in Epe 92 2.772 -2.680 93 3.730 -3.637 94 1.743 -1.649 55 443 -389
2: Actief in Epe - 13 -13 - 13 -13 - 13 -13 - 13 -13
3: Zorg en opvang 1.005 980 25 211 283 -71 1.187 283 904 1.311 283 1.028
4: Leefbaar en veilig - - - - - - - - - - - -
5: Ruimte en wonen 656 171 485 188 172 16 183 173 11 187 174 13
6: Epe op orde 58 1.085 -1.027 59 500 -442 60 507 -447 61 513 -453
7: Duurzaamheid 114 11 103 114 11 103 114 11 103 114 11 103
8: Toezicht en handhaving - - - - - - - - - - - -
9: Bedrijvigheid - - - - - - - - - - - -
10: Weer aan het werk 297 593 -295 32 593 -561 - 593 -593 - 593 -593
11: Bestuur en organisatie 4.388 777 3.610 2.666 777 1.888 2.989 778 2.212 1.524 778 746
12: Algemene dekkingsmiddelen 292 156 137 99 156 -56 86 156 -70 86 156 -70
Overhead 1.553 686 867 648 714 -66 336 743 -407 339 647 -307
Totaal mutaties in reserves 8.455 7.244 1.211 4.110 6.949 -2.839 5.049 4.998 51 3.676 3.610 66
Geraamde resultaat 111.971 111.963 8 - 110.770 110.762 9 - 108.979 108.969 10 - 109.061 109.049 11

B. Toelichting op het overzicht baten en lasten

Terug naar navigatie - B. Toelichting op het overzicht baten en lasten

De toelichting op het overzicht van baten en lasten bevat:

  1. Toelichting op de mutaties per programma.
  2. Het overzicht van de algemene dekkingsmiddelen: lokale heffingen.
  3. Inzicht in de gehanteerde prijzen, lonen en rentepercentages.
  4. Het overzicht van de incidentele baten en lasten en de structurele ruimte met toelichting.
  5. Het overzicht van de structurele mutaties in de reserves met toelichting

 

1. Toelichting op de mutatie per programma

Hierin geven we inzicht in de baten en lasten per afzonderlijk programma en een analyse van de verschillen tussen de begrote bedragen in de vorige en huidige begroting. Dit betreffen de baten en lasten, uitgaande van het bestaande beleid. De ‘budgetaanpassingen’ als gevolg van de voortzetting van bestaand beleid zijn in de verschillende plannen per programma per pijler toegelicht. Bijlage 5 geeft inzicht in de lasten en baten per taakveld.

 

2. Het overzicht van de algemene dekkingsmiddelen: lokale heffingen

Dit overzicht bevat de belastingen die we vrij mogen besteden en de kosten die we daarvoor maken. Een toelichting op de belastingopbrengsten staat in de paragraaf lokale heffingen.

bedragen x € 1.000
Onderwerp Realisatie 2022 Begroting 2023 Begroting 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027
Onroerendezaakbelasting 6.184 6.572 6.988 7.245 7.396 7.558
Precariobelasting 59 92 89 89 89 89
Forensenbelasting 351 372 393 393 393 393
Toeristenbelasting 919 840 955 955 955 955
Opbrengst algemeen -700 47 49 49 49 49
Totaal bruto opbrengst 6.813 7.923 8.474 8.731 8.882 9.044
Kosten 438 441 476 464 462 461
Totaal netto opbrengst 6.375 7.482 7.998 8.267 8.420 8.583

3. Het inzicht in de gehanteerde prijzen, lonen en rentepercentage

Bij het opstellen van deze (meerjaren)begroting zijn onderstaande percentages gehanteerd.

 

De percentages van de autonome loon- en prijsstijgingen zijn gebaseerd op de meicirculaire 2022. Aanvullend hierop is een correctie toegepast op basis van het geactualiseerde percentage voor het lopende begrotingsjaar. Voor de prijsstijging wordt het imoc (inflatie materiële overheidsconsumptie)-percentage gehanteerd. Het Rijk hanteert dat namelijk ook bij de rijksbegroting en de algemene uitkering uit het gemeentefonds.


Voor het rentepercentage gebruiken we de rentevisie van De Nederlandse Bank (DNB) uit juni 2022. Uit voorzichtigheid houden we voor de lange termijn het rentepercentage structureel tussen de 1,5 en 2% boven de verwachting van DNB. Het rentepercentage voor 2023 en 2024 houden we 0,3% boven de verwachting van DNB.

 

Component 2024 2025 2026 2027
Prijsstijging 7,5% 1,6% 1,6% 1,6%
Loonstijging 9,4% 5,4% 4,5% 3,9%
Rente kort geld 3,5% 3,5% 3,5% 3,5%
Rente lang geld 3,0% 3,0% 3,0% 3,0%

 

4. Overzicht van de geraamde incidentele baten en lasten en de structurele ruimte met toelichting

Dit overzicht geeft inzicht in het structurele en reële evenwicht van de begroting op korte en langere termijn. 
Structureel evenwicht: structurele lasten dekken we met structurele baten.
Reëel evenwicht: de geraamde bedragen zijn volledig, realistisch en haalbaar.

Incidentele baten en lasten beïnvloeden het begrotingsresultaat. Dat is zichtbaar in onderstaand overzicht. De incidentele lasten zijn hoger dan de incidentele baten. Hieruit volgt dat we de structurele lasten dekken met structurele baten. En dat daarmee sprake is van een structureel sluitende (meerjaren)begroting.

 

 

bedragen x € 1.000
Programma 2024 2025 2026 2027
Lasten Baten Lasten Baten Lasten Baten Lasten Baten
1.   Opgroeien in Epe 130 - 100 - 100 - -
2.   Actief in Epe 480 197 351 193 96 82 16 -
3.   Zorg en Opvang 63 - - - - - - -
4.   Leefbaar en veilig 7 - - - - - - -
5.   Ruimte en wonen 769 704 10 - - - - -
6.   Epe op orde 80 - 5 - - - - -
7.   Duurzaamheid 200 200 - - - - - -
8.   Toezicht en handhaving 17 17 17 17 - - - -
9.   Bedrijvigheid 120 - 4 - - - - -
10. Weer aan het werk - - - - - - - -
11. Bestuur en Organisatie 50 - 50 - - - - -
Algemene dekkingsmiddelen - - - - - - - -
Overhead 390 - - - - - - -
Resultaatbestemming 6.304 6.213 6.164 1.949 4.201 3.123 2.802 1.722
Totaal 8.610 7.331 6.701 2.159 4.397 3.205 2.818 1.722
bedragen x € 1.000;
Structurele ruimte 2024 2025 2026 2027
Geraamde resultaat 8 9 10 11
Saldo eenmalige baten (+) / lasten (-) 1.279 4.542 1.192 1.096
Gecorrigeerd saldo / structurele ruimte 1.287 4.551 1.202 1.107
Toelichting onder de tabel incidentele baten en lasten:
Uit het overzicht blijkt dat het begrotingsresultaat wordt beïnvloed door incidentele baten en lasten. De structurele lasten worden gedekt door de structurele baten.

 

Toelichting incidentele bedragen per programma ≥ € 50.000:

Programma 1:
· Begeleiding uitvoering IHP; € 100.000,- voor de jaren 2024, 2025 en 2026
Programma 2:
· Uitwerking visie toekomstbestendige maatschappelijke accommodaties; € 150.000 voor de jaren 2024 en 2025
· Uitvoering activiteiten Gezond en Actief Leven Akkoord (incidenteel gedeelte); € 197.000 (2024), € 193.000 (2025) en € 82.000 (2026) bestaande uit zowel baten (rijksmiddelen) als lasten
Programma 3:
· Incidenteel hogere uitgaven inburgering; € 63.000 voor het jaar 2024
Programma 5:
· Bouwgrondexploitatie; € 704.000 aan lasten en baten over het jaar 2024
Programma 7:
· Opstellen SoortenManagementPlan (SMP); € 200.000 voor het jaar 2024 bestaande uit zowel baten (rijksmiddelen) als lasten
Programma 9:
· Lokale economie; € 70.000 voor het jaar 2024
Programma 11:
· Budget raadsinitiatieven; € 50.000 voor de jaren 2024 en 2025
Overhead:
· Vervanging (digitale) centrale gegevensmagazijn; € 250.000 voor het jaar 2024
· Doorlichting begroting; € 80.000 voor het jaar 2024
· Accountmanager agrarische sector; € 60.000 voor het jaar 2024

 

5. Overzicht van de geraamde structurele mutaties in reserves met toelichting.

Dit overzicht helpt bij de bepaling en de beoordeling van het structurele evenwicht in de begroting.

 

bedragen x € 1.000
Naam reserve 2024 2025 2026 2027
Toev. Onttr. Toev. Onttr. Toev. Ontr. Toev. Onttr.
ICT investeringen 223 539 227 534 230 288 233 317
Vervanging openbare verlichting 209 - 303 - 308 - 313 -
Onderhoud abri's 9 - 9 - 9 - 9 -
Vervanging bruggen 268 - 83 - 85 - 86 -
Verkoop 14 aandelen VNB (6%) 14 - 12 - 12 - 12 -
Afl. achtergestelde lening Nuon 57 57 30 30 30 30 30 30
Afl. achtergestelde lening Vitens 70 70 37 37 37 37 37 37
Meubilair gymlokalen 24 23 24 24 24 24 25 25
Huisvesting onderwijsvoorziening - 29 - 29 - 30 - 30
Starterslening 66 20 60 9 62 10 63 10
Dekking kapitaallasten - 1.504 - 1.498 - 1.507 - 1.505
Totaal structureel 940 2.242 785 2.161 797 1.926 808 1.954

C. Uiteenzetting van de financiële positie en de toelichting

Terug naar navigatie - C. Uiteenzetting van de financiële positie en de toelichting

In de uiteenzetting van de financiële positie staan de gevolgen van het beleid dat in de begroting is opgenomen.

De volgende onderwerpen komen aan de orde:

  1. Financiële gevolgen van het bestaande beleid, voortzetting van beleid uit de vorige meerjarenbegroting en nieuw beleid, zoals in de programma’s opgenomen
  2. Vrijkomende eenmalige middelen
  3. Investeringen (economisch/maatschappelijk nut) en vervanging/uitbreiding
  4. Financiering
  5. Stand en verloop van de reserves en voorzieningen
  6. Geprognosticeerde begin- en eindbalans
  7. EMU-Saldo
  8. Arbeidskosten gerelateerde verplichtingen

 

1. Financiële gevolgen bestaand beleid, voortzetting beleid vorige meerjarenbegroting, zoals in de programma’s opgenomen

De uitkomst van de jaarlijkse afweging in het kader van het begrotingsproces is samengevat in het volgende overzicht. Daarin staat de cumulatieve ontwikkeling van lasten en baten. In de bijlagen bij deze begroting staan daarop toelichtingen.

Bedragen in € 1.000 2024 2025 2026 2027
Bestaand beleid (budgetprognose) -1.032 3.247 -355 36
Dekkingsmogelijkheden - - - -
Voortzetting beleid vorige meerjarenbegroting (incl. dekking) 1.514 -2.807 -20 -20
Reeds geplande projecten/ investeringen (uit vorige meerjareninvesteringsplan) -64 -291 -578 -578
Nieuw beleid deze meerjarenbegroting -410 -140 963 573
Nieuwe investeringen - - - -
Saldo meerjarenbegroting 8 9 10 11

2. Vrijkomende eenmalige middelen

De volgende reserves bevatten een overschot dat we binnen de begroting inzetten voor incidentele uitgaven:

Reserve Vrijkomend bedrag in euro Achtergrond/toelichting
Algemene reserve 775.000 Het vrijkomende bedrag bestaat uit een combinatie van voor- en nadelen, ontstaan in het boekjaar 2022 (verwerkt in het jaarrekeningresultaat 2022) en het nadelige saldo van de 1e voortgangsrapportage 2023.
ICT 500.000 Op basis van de huidige dotatie, reguliere uitgangspunten en huidige inzichten in de ict-uitgaven voor de komende jaren, ontstaat er in de komende 10 jaar een surplus in de reserve. Deze ruimte kan worden ingezet door een eenmalige onttrekking van het surplus in begrotingsjaar 2024 of door de jaarlijkse storting te verlagen. Gekozen is voor de onttrekking ineens van € 500.000.
Groot onderhoud gemeentelijke gebouwen 400.000 Er is een reële inschatting gemaakt van de te verwachten kosten voor gemeentelijke panden, waarvoor geen voorziening is gevormd. Deze inschatting en doordat diverse verkoopopbrengsten in de afgelopen jaren aan de reserve zijn toegevoegd, resulteren in een surplus in de reserve.
Risico's sociaal domein 908.000 Doordat de stand van de reserve hoger is dan de bepaalde stand voor het opvangen van de risico’s op het beleidsveld, kan een deel van de reserve vrijvallen. De hogere stand van de reserve is vooral ontstaan door het incidentele voordeel in 2022 bij ‘maatschappelijke opvang en beschermd wonen’.
Participatie 266.000 Doordat de stand van de reserve hoger is dan de bepaalde stand voor het opvangen van de risico’s op het beleidsveld, kan een deel van de reserve vrijvallen.
Bouwgrondexploitatie 451.000 Het surplus wordt met name verklaard door lagere inschatting van het risico dat van toekomstige exploitaties de opbrengsten zullen tegenvallen en dat de uitgaven hoger zullen zijn.
Herstel- en stimuleringsagenda 44.000 Uit de reserve herstel- en stimuleringsagenda dient alleen nog dekking voor SHV ondernemers in 2024 en 2025 beschikbaar te blijven. Aangezien de stand van de reserve een hoger bedrag laat zien dan dit benodigde bedrag valt het overtollige deel vrij.
Totaal 3.344.000

3. Investeringen (economische/maatschappelijk nut en vervanging-/uitbreidingsinvesteringen)

Dit onderdeel bevat een totaaloverzicht van de investeringen die in het meerjareninvesteringsplan staan. Een gedetailleerd overzicht staat in bijlage 4 bij deze begroting. De bedragen zijn op basis van de verwachte (geïndexeerde) uitgaven.

Alle investeringen moeten we verplicht activeren en en afschrijven over de verwachte levensduur. De kosten daarvan zijn als 'kapitaallasten' opgenomen. Als er sprake is van financiering vanuit eenmalig beschikbare middelen of reserves, dan onttrekken we jaarlijks een bedrag aan een daartoe gevormde kapitaallastenreserve ter grootte van de kapitaallasten. Kapitaallasten van een investering die we dekken uit reserves of eenmalige middelen hebben daardoor geen effect op het saldo van de begroting.

Investeringsbedragen in € 1.000 2024 2025 2026 2027
Economisch nut 2.629 6.054 5.995 2.201
Maatschappelijk nut 1.054 1.365 1.665 -
Vervangingsinvesteringen 3.682 6.253 7.659 2.201
Uitbreidingsinvesteringen - 1.166 - -
Totale investeringen 3.682 7.420 7.659 2.201

4. Financiering

De toelichting staat in de paragraaf financiering. 

 

5. Stand en verloop reserves en voorzieningen

Het verloop van de reserves en voorzieningen staat in de bijlagen bij deze begroting.

 

6. Geprognosticeerde begin- en eindbalans

Dit onderdeel bevat de verwachte begin- en eindbalans over het begrotingsjaar 2024 en de drie daaropvolgende jaren.

bedragen in € 1.000

Activa balans 2022 Geprognosticeerde balans per ultimo
2023 2024 2025 2026 2027
(im)Materiële vast activa 65.608 68.692 72.813 80.407 88.248 86.120
Financiële vaste activa: Kapitaalverstrekking - - - - - -
Financiële vaste activa: Leningen 6.211 6.211 6.211 6.211 6.211 6.211
Financiële vaste activa: Uitzettingen > 1 jaar 189 189 189 189 189 189
Totaal Vaste Activa 72.008 75.092 79.213 86.807 94.648 92.520
Voorraden: -682 -682 -682 -682 -682 -682
Onderhanden werk en overige grond- en hulpstoffen
Voorraden: - - - - - -
Gereed product en handelsgoederen en vooruitbetalingen
Uitzettingen korter 1 jaar 11.181 3.427 3.427 3.427 3.427 5.427
Liquide middelen 5 5 5 5 5 5
Overlopende activa 13.991 12.000 12.000 12.000 12.000 12.000
Totaal Vlottende Activa 24.495 14.750 14.750 14.750 14.750 16.750
Totaal activa 96.504 89.842 93.963 101.557 109.398 109.270
Passiva balans 2022 Geprognosticeerde balans per ultimo
2023 2024 2025 2026 2027
Eigen vermogen 73.089 66.248 65.039 67.046 66.181 65.324
Voorzieningen 10.865 10.112 10.171 9.929 10.195 10.389
Vaste schulden - - 3.500 9.000 16.500 16.000
Totaal Vaste Passiva 83.953 76.360 78.710 85.975 92.876 91.713
Vlottende schulden 4.445 4.876 5.796 5.976 6.416 6.951
Overlopende passiva 8.106 8.606 9.457 9.606 10.106 10.606
Totaal Vlottende Passiva 12.551 13.482 15.253 15.582 16.522 17.557
Totaal passiva 96.504 89.842 93.963 101.557 109.398 109.270

7. EMU-saldo

Het BBV schrijft voor dat gemeenten in de begroting een meerjarige berekening van het EMU-saldo opnemen. Het EMU-saldo geldt binnen de Europese Unie als een indicator om de gezondheid van overheidsfinanciën te bepalen. De overheden mogen een begrotingstekort (EMU-saldo) hebben van maximaal 3% van het bruto binnenlands product (BBP). Dit tekort van 3%, geldt voor de overheid als geheel. Naast de rijksoverheid, hebben ook decentrale overheden een aandeel hierin. Het aandeel van de gezamenlijke gemeenten is genormeerd op een tekort van 0,27%. Het Ministerie van BZK publiceert jaarlijks een lijst met de individuele referentiewaarden per gemeente. Voor Epe is voor 2023 een referentiewaarde van € 3,8 miljoen vermeld. Dit bedrag is geen norm, maar geeft een indicatie voor het aandeel in de gezamenlijke tekortnorm.
Het EMU-saldo gaat niet uit van baten en lasten, maar van ontvangsten en uitgaven op basis van transacties binnen een begrotingsjaar. Het ene jaar kan het EMU-saldo van de gemeente daarom een tekort vertonen en het andere jaar een overschot. Dit kan veroorzaakt worden door bijvoorbeeld schommelingen in de hoogte van de investeringen. 

bedragen in € 1.000

2023 2024 2025 2026 2027
1.(+) Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c) -321 -1.203 2.848 -41 -55
2.(-/-) Mutatie (im)materiële vaste activa 3.084 4.121 7.594 7.841 -2.128
3.(+) Mutatie voorzieningen -753 59 -242 266 194
4.(-/-) Mutatie voorraden (incl. bouwgronden in exploitatie) - - - - -
5.(-/-) Verwachte boekwinst/verlies bij de verkoop van financiële vaste activa en (im)materiële vaste activa, alsmede de afwaardering van financiële vaste activa - - - - -
Berekend EMU-saldo -4.158 -5.265 -4.988 -7.616 2.267
EMU-saldo referentiewaarde gemeente Epe -3.804 -3.804 -3.804 -3.804 -3.804
Verschil -354 -1.461 -1.184 -3.812 6.071

8. Arbeidskosten gerelateerde verplichtingen.

Dit onderdeel bevat de zogenoemde jaarlijks terugkerende, aan arbeidskosten gerelateerde, verplichtingen van vergelijkbaar volume. Daaronder worden verstaan de aanspraken op toekomstige uitkeringen door huidig dan wel voormalig personeel. Het Besluit Begroting en Verantwoording schrijft voor dat jaarlijkse arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume via de exploitatie moeten lopen. Als de verplichtingen niet van een vergelijkbaar volume zijn, dan moet hiervoor een voorziening worden getroffen. Toepassing van deze voorschriften leidt tot de volgende situaties:

  1. Salariskosten
    Voor het begroten van de jaarlijkse salariskosten wordt uitgegaan van trede 10 van de functieschaal (organieke raming). De toelagen en vergoedingen worden individueel begroot.

  2. Wettelijke en cao verplichtingen 
    Medewerkers waarvan het contract niet wordt verlengd hebben recht op een WW-uitkering. Medewerkers die op grond van artikel 10 van de cao gemeenten worden ontslagen hebben doorgaans recht op een WW-uitkering en kunnen ook recht hebben op een aanvullende uitkering én een na-wettelijke uitkering, die gekoppeld is aan het recht op WW.
    Vanaf 2020 bestaat ook de verplichting vanuit de wet tot het uitkeren van een transitievergoeding. De genoemde uitkeringen worden, voor zover deze kunnen worden voorzien, in de begroting opgenomen en gedekt door een onttrekking aan de reserve langdurige ziekte/voormalig personeel.

  3. Wachtgelden wethouders (APPA)
    In 2022 is voor de verplichting tot het uitbetalen van wachtgelden aan voormalige wethouders, zoals bepaald in de Algemene Pensioenwet Politieke Ambtsdragers (APPA), een voorziening gevormd. Uitbetaalde wachtgelden worden onttrokken aan deze voorziening.    

  4. Pensioenen wethouders, vanaf 2001
    Voor pensioenen van wethouders is een voorziening getroffen. Op basis van de opbouw van de pensioenrechten, waarvoor jaarlijks door een extern bureau een berekening wordt gemaakt, wordt berekend in hoeverre de voorziening moet worden aangevuld.

  5. Wachtgelden en pensioenen wethouders voor 2001
    De wachtgelden en pensioen van wethouders voor 2001 worden jaarlijks bekostigd uit een structureel daarvoor opgenomen post binnen de begroting. Hiervoor is geen voorziening getroffen. De berekening van deze pensioenen en wachtgelden, evenals de uitbetaling daarvan, is uitbesteed.

  6. Generatiepactregeling
    De Generatiepactregeling van de gemeente Epe is verlengd tot en met december 2026. Voor deelnemende medewerkers wordt op basis van het salaris en het gekozen arrangement een bedrag gereserveerd, wat vrijvalt gedurende de periode waarin de medewerker gebruik maakt van de regeling. 

  7. Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (WGA) en Ziektewet (ZW)
    De gemeente Epe is vanaf 1 januari 2008 eigen risicodrager in het kader van de Wet Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (WGA). Vanaf 1 januari 2017 is de gemeente ook eigen risicodrager voor de Ziektewet en WGA-flex. Daarmee is gemeente in het kader van ziekte en arbeidsongeschiktheid volledig uit het publieke stelsel gestapt. Voor het beperken van de schadelast is een verzekering met een particuliere verzekeraar afgesloten. De jaarpremie hiervoor is in de begroting opgenomen.

  8. Individueel Keuze Budget (IKB)
    Dit is een budget dat per maand wordt opgebouwd en waarvoor de volgende bronnen worden gebruikt: de eindejaarsuitkering, de vakantie-uitkering, de levensloopbijdrage en bovenwettelijke vakantiedagen. De medewerker bepaalt gedurende het jaar zelf waar hij het budget voor in wil zetten. In de maand december wordt uitbetaald wat nog resteert in het budget en vervolgens begint met ingang van het nieuwe jaar de opbouw weer opnieuw.

  9. Verkoop verlofuren
    Naast de koop van verlof-uren biedt het IKB ook de mogelijkheid tot verkoop van bovenwettelijke verlofuren. Dit kan tot maximaal 72 uren voor een voltijds medewerker.

  10. Verlofsparen
    Vanaf 1 januari 2022 is er een mogelijkheid tot verlofsparen. Er is een voorziening gevormd voor de verplichting die hieruit ontstaat. 
    De medewerker heeft de mogelijkheid om niet gebruikte bovenwettelijke vakantie-uren te sparen.  Hiervoor kan de medewerker de volgende bronnen gebruiken om de spaarpot te vullen:
    • het verlof uit de overwerkvergoeding;
    • de bovenwettelijke vakantie-uren gekocht uit het IKB;
    • de bovenwettelijke vakantie-uren bij onregelmatig werken en beschikbaarheidsdienst;
    • het verlof uit de voormalige verlofspaarmogelijkheid;
    • andere bovenwettelijke vakantie-uren.

De medewerker kiest zelf hoeveel uren hij/zij spaart. De gespaarde vakantie-uren kunnen niet vervallen. Het totaal aantal opgebouwde en gespaarde vakantie-uren mag niet hoger zijn dan 3.600 uur.

Toelichting mutaties programma 1 | Opgroeien in Epe

Financiële begroting

Terug naar navigatie - Financiële begroting
Bedragen * € 1.000
Realisatie 2022 Begr 2023 Begr 2024 Begr 2025 Begr 2026 Begr 2027
Lasten bestaand beleid 14.837 15.350 17.971 17.042 17.094 17.150
Lasten nieuw beleid - - 132 240 423 383
Lasten totaal 14.837 15.350 18.103 17.282 17.517 17.533
Baten bestaand beleid 1.207 634 773 773 774 774
Baten nieuw beleid - - 69 69 41 41
Baten totaal 1.207 634 842 842 815 815
Saldo -13.630 -14.716 -17.261 -16.440 -16.702 -16.718

Toelichting op de mutaties

Terug naar navigatie - Toelichting op de mutaties
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· Lasten nieuw beleid: dit betreffen de financiële consequenties van het nieuwe beleid. Een specificatie hiervan is opgenomen in programma 1 van deel 1. -132
· De verwachte rijksuitkering voor onderwijsachterstandenbeleid is hoger dan in 2023 (zie onder de baten), waardoor de daarmee samenhangende uitgaven ook worden verhoogd. -105
· Als gevolg van inflatie, hogere NEA-index en nieuwe CAO zijn de vervoers- en organisatiekosten van PlusOV, onze regionale vervoerscentrale, meer gestegen dan onze eigen index van 7,5%. -121
· In het nieuwe beleid begroting 2023-2026 is voor versterking toegangsteam jeugd voor 2024 en verder € 150.000 extra beschikbaar gesteld, plus een hogere indexatie voor Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) dan onze indexatie. -186
· De jeugdzorgkosten zijn aangepast naar het niveau van de realisatie in 2022 en er is sprake van meer inzet op kleinschalige zorgvormen. -195
· Er is een technische correctie verwerkt omdat een post niet conform afspraak in de begroting stond. Hiermee is de uitgavenraming weer op het juiste niveau. -555
· In de hele begroting zijn de bedragen (voor zover van toepassing) geïndexeerd. Het betreffen de posten waar sprake is van prijsstijging (verwachte algemene prijsstijging of op basis van contractuele afspraken). Voor dit programma gaat het om een bedrag van € 1 mln. (voor zover niet al in andere posten in deze analyse opgenomen). Voor de begroting als geheel is op programma 11 een uitgaven verlagende stelpost opgenomen van € 1 mln., met als doel om een besparing te realiseren door op een groot aantal budgetten de indexatie niet toe te passen. -1.000
· Incidentele verschillen als gevolg van het niet meer opnemen in 2024 van restantbudgetten en eenmalige uitgaven uit 2023 en mutaties in kapitaallasten en in de toerekening van personele kosten leiden tot een nadeel op dit programma. Voor een analyse van de kapitaallasten, de ontwikkeling van de personeelskosten en loon- en prijsstijgingen wordt verwezen naar bijlage 8. -394
Baten:
· Baten nieuw beleid: dit betreffen de financiële consequenties van het nieuwe beleid. Een specificatie hiervan is opgenomen in programma 1 van deel 1. 69
· De verwachte rijksuitkering voor onderwijsachterstandenbeleid is hoger dan in 2022. Dit leidt tot een voordeel in de baten. Hier staan ook hogere lasten tegenover. 105

Toelichting mutaties programma 2 | Actief in Epe

Financiële begroting

Terug naar navigatie - Financiële begroting
Bedragen * € 1.000
Realisatie 2022 Begr 2023 Begr 2024 Begr 2025 Begr 2026 Begr 2027
Lasten bestaand beleid 4.842 4.526 5.024 4.891 4.891 4.890
Lasten nieuw beleid - - 442 338 156 101
Lasten totaal 4.842 4.526 5.466 5.229 5.047 4.991
Baten bestaand beleid 428 506 805 805 805 805
Baten nieuw beleid - - 192 188 156 101
Baten totaal 428 506 997 993 961 906
Saldo -4.414 -4.020 -4.469 -4.236 -4.086 -4.085

Toelichting op de mutaties

Terug naar navigatie - Toelichting op de mutaties
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· Lasten nieuw beleid: dit betreffen de financiële consequenties van het nieuwe beleid. Een specificatie hiervan is opgenomen in programma 2 van deel 1. -442
· Door Sport- en Dorpscentrum Vaassen is een extra verhoging van de subsidie gevraagd van € 100.000 structureel boven de indexatie, door stijgende kosten (houtprijs, CAO en nieuw energiecontract). In afwachting van de resultaten van onderzoek naar het toekomstig gebruik van SDV is de verhoging nu alleen voor 2024 opgenomen. -100
· De landelijk sterk gestegen energietarieven leiden tot hogere lasten uit servicekosten. -48
· Er wordt een toename van lasten verwacht voor werkzaamheden aan de binnensportaccommodaties. -38
· In de hele begroting zijn de bedragen (voor zover van toepassing) geïndexeerd. Het betreffen de posten waar sprake is van prijsstijging (verwachte algemene prijsstijging of op basis van contractuele afspraken). Voor dit programma gaat het om een bedrag van € 310.000 (voor zover niet al in andere posten in deze analyse opgenomen). Voor de begroting als geheel is op programma 11 een uitgaven verlagende stelpost opgenomen van € 1 mln., met als doel om een besparing te realiseren door op een groot aantal budgetten de indexatie niet toe te passen. -310
· Incidentele verschillen als gevolg van het niet meer opnemen in 2024 van restantbudgetten en eenmalige uitgaven uit 2023 en mutaties in kapitaallasten en in de toerekening van personele kosten leiden tot een voordeel op dit programma. Voor een analyse van de kapitaallasten, de ontwikkeling van de personeelskosten en loon- en prijsstijgingen wordt verwezen naar bijlage 8. 40
Baten:
· Baten nieuw beleid: dit betreffen de financiële consequenties van het nieuwe beleid. Een specificatie hiervan is opgenomen in programma 2 van deel 1. 192
· Dit is een onderdeel van de specifieke Uitkering GALA dat wordt ingezet voor bestaand beleid rondom de brede regeling combinatiefunctionarissen. 211
· De landelijk sterk gestegen energietarieven leiden tot hogere inkomsten uit servicekosten. 50

Toelichting mutaties programma 3 | Zorg en opvang

Financiële begroting

Terug naar navigatie - Financiële begroting
Bedragen * € 1.000
Realisatie 2022 Begr 2023 Begr 2024 Begr 2025 Begr 2026 Begr 2027
Lasten bestaand beleid 12.525 13.105 15.156 15.437 15.548 15.691
Lasten nieuw beleid - - 153 152 99 72
Lasten totaal 12.525 13.105 15.309 15.589 15.647 15.763
Baten bestaand beleid 5.071 628 969 968 1.447 1.467
Baten nieuw beleid - - 138 142 87 60
Baten totaal 5.071 628 1.107 1.110 1.534 1.527
Saldo -7.454 -12.477 -14.202 -14.479 -14.113 -14.236

Toelichting op de mutaties

Terug naar navigatie - Toelichting op de mutaties
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· Lasten nieuw beleid: dit betreffen de financiële consequenties van het nieuwe beleid. Een specificatie hiervan is opgenomen in programma 3 van deel 1. -153
· Als gevolg van inflatie, hogere NEA-index en nieuwe CAO zijn de vervoers- en organisatiekosten meer gestegen dan onze eigen index van 7,5%. -52
· De subsidie in verband met verdere professionalisering en doorontwikkeling van de Adviesraad is hierop aangepast. -36
· In de meicirculaire 2023 (algemene uitkering) zijn incidentele middelen beschikbaar gekomen voor Inburgering (€ 63.000). Daarnaast zijn de lasten aangepast aan de verwachte realisatie op basis van 2023. -388
· De kosten voor de vluchtelingen zijn moeilijk in te schatten. We gaan er van uit dat tegenover de lasten baten van het rijk zullen staan. De extra lasten van € 82.000 zijn voor energielasten die hoog zijn in verband met de landelijk sterk gestegen tarieven. -82
· De begroting van basisgezondheidszorg is in verband met de komst van de specifieke uitkering GALA aangepast. De begroting voor GALA is opgenomen in nieuw beleid. 63
· De lasten voor WMO dagbesteding zijn naar beneden bijgesteld omdat wij minder maatwerk doen door de inzet van de buurtpunten. 75
· De lasten voor (onderhoud) van WMO voorzieningen zoals rolstoelen, trapliften en dergelijke zijn bijgesteld op basis van de (verwachte) realisatie 2022 en 2023. -62
· Er is voor medisch advies een nieuw (duurder) contract afgesloten met ingang van 2023. -30
· De kosten van de zorgregio, SDO en applicaties zijn aangepast aan de begroting van deze partijen. -42
· Het nieuwe beleid opgenomen in de begroting 2023-2026 rondom het nieuwe subsidiebeleid is op de juiste plek in de begroting gezet. -31
· In de hele begroting zijn de bedragen (voor zover van toepassing) geïndexeerd. Het betreffen de posten waar sprake is van prijsstijging (verwachte algemene prijsstijging of op basis van contractuele afspraken). Voor dit programma gaat het om een bedrag van € 870.000 (voor zover niet al in andere posten in deze analyse opgenomen). Voor de begroting als geheel is op programma 11 een uitgaven verlagende stelpost opgenomen van € 1 mln., met als doel om een besparing te realiseren door op een groot aantal budgetten de indexatie niet toe te passen. -870
· Incidentele verschillen als gevolg van het niet meer opnemen in 2024 van restantbudgetten en eenmalige uitgaven uit 2023 en mutaties in kapitaallasten en in de toerekening van personele kosten leiden tot een nadeel op dit programma. Voor een analyse van de kapitaallasten, de ontwikkeling van de personeelskosten en loon- en prijsstijgingen wordt verwezen naar bijlage 8. -630
Baten:
· Voor de lasten die voor inburgering worden gemaakt ontvangen we een specifieke uitkering van het rijk. We verwachten meer lasten, en daarmee meer baten dan in 2023. 126
· De kosten die wij maken voor vluchtelingen worden volledig vergoed door het Rijk via een specifieke uitkering. 188
· Baten nieuw beleid: dit betreffen de financiële consequenties van het nieuwe beleid. Een specificatie hiervan is opgenomen in programma 3 van deel 1. 137

Toelichting mutaties programma 4 | Leefbaar en veilig

Financiële begroting

Terug naar navigatie - Financiële begroting
Bedragen * € 1.000
Realisatie 2022 Begr 2023 Begr 2024 Begr 2025 Begr 2026 Begr 2027
Lasten bestaand beleid 2.610 3.691 3.679 3.678 3.677 3.576
Lasten nieuw beleid - - 37 74 124 174
Lasten totaal 2.610 3.691 3.716 3.752 3.801 3.750
Baten bestaand beleid 116 59 64 64 64 64
Baten nieuw beleid - - - - - -
Baten totaal 116 59 64 64 64 64
Saldo -2.494 -3.632 -3.652 -3.688 -3.737 -3.686

Toelichting op de mutaties

Terug naar navigatie - Toelichting op de mutaties
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· Door de fors gestegen energieprijzen ontstaat er een stijging van lasten voor panden in eigen bezit. -36
· De gemeentelijke bijdrage aan de Veiligheidsregio Noord- en Oost Gelderland stijgt in 2024 een deel van de totale stijging is meegenomen in de algemene indexatie van dit programma. -27
· Incidentele verschillen als gevolg van het niet meer opnemen in 2024 van restantbudgetten en eenmalige uitgaven uit 2023 en mutaties in kapitaallasten en in de toerekening van personele kosten leiden tot een voordeel op dit programma. Voor een analyse van de kapitaallasten, de ontwikkeling van de personeelskosten en loon- en prijsstijgingen wordt verwezen naar bijlage 8. 257
· In de hele begroting zijn de bedragen (voor zover van toepassing) geïndexeerd. Het betreffen de posten waar sprake is van prijsstijging (verwachte algemene prijsstijging of op basis van contractuele afspraken). Voor dit programma gaat het om een bedrag van € 182.000 (voor zover niet al in andere posten in deze analyse opgenomen). Voor de begroting als geheel is op programma 11 een uitgaven verlagende stelpost opgenomen van € 1 mln., met als doel om een besparing te realiseren door op een groot aantal budgetten de indexatie niet toe te passen. -182
Baten:
-

Toelichting mutaties programma 5 | Ruimte en wonen

Financiële begroting

Terug naar navigatie - Financiële begroting
Bedragen * € 1.000
Realisatie 2022 Begr 2023 Begr 2024 Begr 2025 Begr 2026 Begr 2027
Lasten bestaand beleid 8.799 5.172 4.433 4.226 4.203 4.207
Lasten nieuw beleid - - 75 20 10 10
Lasten totaal 8.799 5.172 4.508 4.246 4.213 4.217
Baten bestaand beleid 4.824 5.108 3.079 3.069 3.018 2.993
Baten nieuw beleid - - - - - -
Baten totaal 4.824 5.108 3.079 3.069 3.018 2.993
Saldo -3.975 -64 -1.429 -1.177 -1.195 -1.224

Toelichting op de mutaties

Terug naar navigatie - Toelichting op de mutaties
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· Lasten nieuw beleid: dit betreffen de financiële consequenties van het nieuwe beleid. Een specificatie hiervan is opgenomen in programma 5 van deel 1. -75
· Incidentele verschillen als gevolg van het niet meer opnemen in 2024 van restantbudgetten en eenmalige uitgaven uit 2023 en mutaties in kapitaallasten en in de toerekening van personele kosten leiden tot een nadeel op dit programma. Voor een analyse van de kapitaallasten, de ontwikkeling van de personeelskosten en loon- en prijsstijgingen wordt verwezen naar bijlage 8. -103
· Mutaties in kapitaallasten en in de toerekening van personele kosten leiden tot een voordeel op dit programma. De analyse van de kapitaallasten, de ontwikkeling van de personeelskosten en loon- en prijsstijgingen staat in bijlage 8. 450
· In de hele begroting zijn de bedragen (voor zover van toepassing) geïndexeerd. Het betreffen de posten waar sprake is van prijsstijging (verwachte algemene prijsstijging of op basis van contractuele afspraken). Voor dit programma gaat het om een bedrag van € 248.000 (voor zover niet al in andere posten in deze analyse opgenomen). Voor de begroting als geheel is op programma 11 een uitgaven verlagende stelpost opgenomen van € 1 mln., met als doel om een besparing te realiseren door op een groot aantal budgetten de indexatie niet toe te passen. -248
· De lasten van de bouwgrondexploitatie worden hoger begroot. Hier tegenover staan hogere baten. -1.691
Baten:
· De baten van de bouwgrondexploitatie worden hoger begroot. Hier tegenover staan hogere lasten. 1.688

Toelichting mutaties programma 6 | Epe op orde

Financiële begroting

Terug naar navigatie - Financiële begroting
Bedragen * € 1.000
Realisatie 2022 Begr 2023 Begr 2024 Begr 2025 Begr 2026 Begr 2027
Lasten bestaand beleid 7.204 7.824 9.494 9.523 9.554 9.589
Lasten nieuw beleid - - 172 190 294 313
Lasten totaal 7.204 7.824 9.666 9.713 9.848 9.902
Baten bestaand beleid 1.430 1.263 1.313 1.313 1.313 1.313
Baten nieuw beleid - - - - - -
Baten totaal 1.430 1.263 1.313 1.313 1.313 1.313
Saldo -5.774 -6.561 -8.353 -8.400 -8.535 -8.589

Toelichting op de mutaties

Terug naar navigatie - Toelichting op de mutaties
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· Lasten nieuw beleid: dit betreffen de financiële consequenties van het nieuwe beleid. Een specificatie hiervan is opgenomen in programma 6 van deel 1. -172
· Incidentele verschillen als gevolg van het niet meer opnemen in 2024 van restantbudgetten en eenmalige uitgaven uit 2023 en mutaties in kapitaallasten en in de toerekening van personele kosten leiden tot een nadeel op dit programma. Voor een analyse van de kapitaallasten, de ontwikkeling van de personeelskosten en loon- en prijsstijgingen wordt verwezen naar bijlage 8. -856
· In de hele begroting zijn de bedragen (voor zover van toepassing) geïndexeerd. Het betreffen de posten waar sprake is van prijsstijging (verwachte algemene prijsstijging of op basis van contractuele afspraken incl. energiekosten en bijvoorbeeld de uitbesteding van het onderhoud van de openbare ruimte). Voor dit programma gaat het om een bedrag van € 683.000 (voor zover niet al in andere posten in deze analyse opgenomen). Voor de begroting als geheel is op programma 11 een uitgaven verlagende stelpost opgenomen van € 1 mln., met als doel om een besparing te realiseren door op een groot aantal budgetten de indexatie niet toe te passen. -683
· Zoals gemeld in de eerste voortgangsrapportage is sinds het vorige ijkmoment (vier jaar geleden) het areaal voor het straatvegen toegenomen (Oene, nieuwbouw in Emst, De Pirk, Klaarbeek en Vulcanis). Daarboven veroudert het straatwerk en veranderingen in de klimaat vragen om een andere aanpak van straatreiniging. Hierdoor zijn er meer uren voor het schoonhouden van de straten nodig bij de aannemer. Dit leidt tot hogere uitgaven. -50
Baten:
· Als gevolg van tariefaanpassingen en het stijgen van het gemiddeld aantal begrafenissen stijgen de inkomsten. Het voordeel wordt verrekend met de voorziening begraven. 80
· De inkomsten uit houtverkopen uit het Eper bos dalen vanwege de lage voorraad hout in het bos en het aandeel van jong bos. -60

Toelichting mutaties programma 7 | Duurzaamheid

Financiële begroting

Terug naar navigatie - Financiële begroting
Bedragen * € 1.000
Realisatie 2022 Begr 2023 Begr 2024 Begr 2025 Begr 2026 Begr 2027
Lasten bestaand beleid 7.746 8.113 9.505 9.497 9.477 9.477
Lasten nieuw beleid - - 305 165 205 205
Lasten totaal 7.746 8.113 9.810 9.662 9.682 9.682
Baten bestaand beleid 7.598 7.866 9.025 9.025 9.025 9.025
Baten nieuw beleid - - 225 25 25 25
Baten totaal 7.598 7.866 9.250 9.050 9.050 9.050
Saldo -148 -247 -560 -612 -632 -632

Toelichting op de mutaties

Terug naar navigatie - Toelichting op de mutaties
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· Lasten nieuw beleid: dit betreffen de financiële consequenties van het nieuwe beleid. Een specificatie hiervan is opgenomen in programma 7 van deel 1. -305
· In de hele begroting zijn de bedragen (voor zover van toepassing) geïndexeerd. Het betreffen de posten waar sprake is van prijsstijging (verwachte algemene prijsstijging of op basis van contractuele afspraken onder andere energiekosten rioolgemalen e.d.). Voor dit programma gaat het om een bedrag van € 627.000 (voor zover niet al in andere posten in deze analyse opgenomen). Voor de begroting als geheel is op programma 11 een uitgaven verlagende stelpost opgenomen van € 1 mln., met als doel om een besparing te realiseren door op een groot aantal budgetten de indexatie niet toe te passen. -627
· Incidentele verschillen als gevolg van het niet meer opnemen in 2024 van restantbudgetten en eenmalige uitgaven uit 2023 en mutaties in kapitaallasten en in de toerekening van personele kosten leiden tot een nadeel op dit programma. Voor een analyse van de kapitaallasten, de ontwikkeling van de personeelskosten en loon- en prijsstijgingen wordt verwezen naar bijlage 8. -566
· Met ingang van 2023 ontvangt de gemeente een vergoeding voor het opruimen van zwerfafval. De kosten stijgen hierdoor maar de baten stijgen ook met hetzelfde bedrag. Per saldo heeft dit geen invloed op de begroting. -94
· De kosten van de dienstverlening door de omgevingsdienst zijn gebaseerd op de begroting van de omgevingsdienst. Ten opzichte van de begroting van vorig jaar stijgen de kosten mede als gevolg van de door de gemeenteraad van Epe genomen besluit medio 2023 tot fusie van de omgevingsdiensten. -83
Baten:
· Baten nieuw beleid: dit betreffen de financiële consequenties van het nieuwe beleid. Een specificatie hiervan is opgenomen in programma 7 van deel 1. 225
· Vanwege tarief- en kostenontwikkeling stijgen de inkomsten uit de rioolheffing en afvalstoffenheffing. Dit heeft geen effect op het saldo van de begroting. 1.078
· Met ingang van 2023 ontvangt de gemeente een vergoeding voor het opruimen van zwerfafval. De kosten stijgen hierdoor maar de baten stijgen ook met hetzelfde bedrag. Per saldo heeft dit geen invloed op de begroting. 94

Toelichting mutaties programma 8 | Toezicht en handhaving

Financiële begroting

Terug naar navigatie - Financiële begroting
Bedragen * € 1.000
Realisatie 2022 Begr 2023 Begr 2024 Begr 2025 Begr 2026 Begr 2027
Lasten bestaand beleid 1.125 551 716 716 716 716
Lasten nieuw beleid - - - - - -
Lasten totaal 1.125 551 716 716 716 716
Baten bestaand beleid 52 80 85 85 85 85
Baten nieuw beleid - - - - - -
Baten totaal 52 80 85 85 85 85
Saldo -1.073 -471 -631 -631 -631 -631

Toelichting op de mutaties

Terug naar navigatie - Toelichting op de mutaties
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· Incidentele verschillen als gevolg van het niet meer opnemen in 2024 van restantbudgetten en eenmalige uitgaven uit 2023 en mutaties in kapitaallasten en in de toerekening van personele kosten leiden tot een nadeel op dit programma. Voor een analyse van de kapitaallasten, de ontwikkeling van de personeelskosten en loon- en prijsstijgingen wordt verwezen naar bijlage 8. -150
Baten:
-

Toelichting mutaties programma 9 | Bedrijvigheid

Financiële begroting

Terug naar navigatie - Financiële begroting
Bedragen * € 1.000
Realisatie 2022 Begr 2023 Begr 2024 Begr 2025 Begr 2026 Begr 2027
Lasten bestaand beleid 1.010 965 1.211 1.141 1.114 1.114
Lasten nieuw beleid - - 46 - - -
Lasten totaal 1.010 965 1.257 1.141 1.114 1.114
Baten bestaand beleid 33 46 114 114 114 114
Baten nieuw beleid - - - - - -
Baten totaal 33 46 114 114 114 114
Saldo -977 -919 -1.143 -1.027 -1.000 -1.000

Toelichting op de mutaties

Terug naar navigatie - Toelichting op de mutaties
Toelichting op mutaties in lasten en baten
+ is een voordeel ; - is een nadeel ; bedragen in € 1.000
Lasten:
· Lasten nieuw beleid: dit betreffen de financiële consequenties van het nieuwe beleid. Een specificatie hiervan is opgenomen in programma 9 van deel 1. -46
· In de hele begroting zijn de bedragen (voor zover van toepassing) geïndexeerd. Het betreffen de posten waar sprake is van prijsstijging (verwachte algemene prijsstijging of op basis van contractuele afspraken). Voor dit programma gaat het om een bedrag van € 43.000 (voor zover niet al in andere posten in deze analyse opgenomen). Voor de begroting als geheel is op programma 11 een uitgaven verlagende stelpost opgenomen van € 1 mln., met als doel om een besparing te realiseren door op een groot aantal budgetten de indexatie niet toe te passen. -43
· Mutaties in kapitaallasten en in de toerekening van personele kosten leiden tot een nadeel op dit programma. De analyse van de kapitaallasten, de ontwikkeling van de personeelskosten en loon- en prijsstijgingen staat in bijlage 8. -105
· Bedrijven investeringszone (BIZ) met ingang van 2024 ingestelde subsidie ten behoeve van BIZ (incidenteel). Hierdoor worden de lasten hoger begroot. Hier tegenover staan hogere baten. -73
Baten:
· Bedrijven investeringszone (BIZ) met ingang van 2024 ingestelde subsidie ten behoeve van BIZ (incidenteel). Hierdoor worden de baten hoger begroot. Hier tegenover staan hogere lasten. 77

Toelichting mutaties programma 10 | Weer aan het werk

Financiële begroting

Terug naar navigatie - Financiële begroting
Bedragen * € 1.000
Realisatie 2022 Begr 2023 Begr 2024 Begr 2025 Begr 2026 Begr 2027
Lasten bestaand beleid 16.519 16.507 17.273 17.142 17.042 16.936
Lasten nieuw beleid - - 20 20 20 20
Lasten totaal 16.519 16.507 17.293 17.162 17.062 16.956
Baten bestaand beleid 6.705 7.411 8.207 8.207 8.207 8.207
Baten nieuw beleid - - - - - -
Baten totaal 6.705 7.411 8.207 8.207 8.207 8.207
Saldo -9.814 -9.096 -9.086 -8.955 -8.855 -8.749