Budgetprognose
Terug naar navigatie - BudgetprognoseAutorisatie:
R = Raad (als bestuurlijke visievorming of kaderstelling nodig is)
C = College (als nog besluitvorming nodig is)
D = Directie (organisatie als alleen uitvoering nodig is)
Onderwerp | Fin. consequenties t.o.v. bestaand beleid 2025 + is voordeel, - is nadeel (bedragen in euro) | Auto- risatie | |||
---|---|---|---|---|---|
2025 | 2026 | 2027 | 2028 | ||
Saldo begroting | 255.924 | 255.924 | 255.924 | 255.924 | |
Betreft het saldo van de begroting 2025, op basis van bestaand beleid en autonome ontwikkelingen. Onderstaand wordt per programma aangegeven hoe het saldo zich vanaf 2025 ontwikkelt vanuit bestaand beleid en autonome wijzigingen. | |||||
Programma 1 en 3 Opgroeien in Epe en Zorg en opvang | |||||
Tegengaan pestgedrag | - | 11.000 | 11.000 | 11.000 | |
Onttrekking reserve hervormingsagenda jeugd vervalt | - | -11.000 | -11.000 | -11.000 | |
De pilot tegengaan pestgedrag (KIVA) is gestart in 2024 en loopt door in 2025. Hiervoor zijn incidentele middelen beschikbaar in de reserve hervormingsagenda jeugd. Vanaf 2026 vervallen deze middelen en de dekking. | |||||
Besparing jeugdzorg maatregelen Rijk | - | 886.000 | 886.000 | 886.000 | |
De uitvoering van de hervormingsagenda jeugdzorg moet tot minder uitgaven (tekort) voor jeugdzorg leiden. Een deel van de besparing valt volledig onder de verantwoordelijkheid van het Rijk. Welke maatregelen het Rijk gaat treffen is nog niet bekend. Conform de richtlijn van de provincie vorig jaar was hiervoor een stelpost opgenomen vanaf 2025 voor 850.000. In de meicirculaire 2024 is duidelijk geworden dat het een jaar later ingaat. Ook is het bedrag voor Epe aangepast naar € 886.000. We lopen hierbij wel een risico omdat nog onduidelijk is wat het Rijk gaat doen en of de te treffen maatregelen daadwerkelijk tot deze besparing voor Epe zullen leiden. | |||||
Compensatieregelingen Voogdij 18+ | -60.000 | -58.000 | -60.000 | -62.000 | D |
In de meicirculaire 2024 zijn middelen van het Rijk opgenomen die ingezet kunnen worden op Voogdij 18+, inclusief loon en prijsbijstelling. Ter grootte van de beschikbare middelen is hier het uitgavenbudget begroot. | |||||
Werkdrukverlaging jeugdbescherming | -55.000 | -53.000 | -55.000 | -57.000 | D |
In de meicirculaire 2024 zijn extra middelen beschikbaar gekomen voor de werkdrukverlaging bij de jeugdbescherming. Ter grootte van de beschikbare middelen is hier het uitgavenbudget begroot. | |||||
Autonome stijging volume Wmo (individuele begeleiding) | - | -46.000 | -144.000 | -250.000 | |
Omdat vanaf 2023 de compensatie van het Rijk (naast de loon- en prijsstijging) ook voor volumestijging niet meer is opgenomen in het sociaal domein-deel van de algemene uitkering, moet hiervoor een afzonderlijke raming worden opgenomen. De berekening hiervan is gebaseerd op de realisatie 2023 en volumegroei conform het Wmo voorspelmodel. | |||||
Autonome stijging volume huishoudelijke ondersteuning | - | -160.000 | -330.000 | -510.000 | |
De berekening van de lasten huishoudelijke ondersteuning is gebaseerd op de realisatie 2023 en volumegroei conform het WMO voorspelmodel. | |||||
Onderhoudskosten Wmo voorzieningen | - | 70.000 | 120.000 | 160.000 | |
Er heeft een aanbesteding plaats gevonden voor de Wmo voorzieningen. Het contract krijgt de de vorm van een huurcontract. In de huurprijs zijn de onderhoudskosten opgenomen. Hierdoor zijn er op termijn geen onderhoudskosten meer. De onderhoudskosten van het oude contract lopen nog 8 jaar door, maar nemen af tot uiteindelijk € 0. De lagere onderhoudskosten zijn hier opgenomen. | |||||
Vervoersvoorzieningen | - | -66.000 | -115.000 | -109.000 | |
Er heeft een aanbesteding plaats gevonden voor de Wmo voorzieningen. Het contract krijgt de de vorm van een huurcontract. Het oude contract loopt nog 8 jaar door, maar nieuwe voorzieningen worden verstrekt vanuit het nieuwe contract. Vanaf 2026 wordt de inkomensafhankelijke eigen bijdrage ingevoerd. Het is moeilijk in te schatten wat hiervan het effect is. We hebben er rekening mee gehouden door geen stijging van het gebruik op te nemen. | |||||
Hulpmiddelen | - | -57.000 | -100.000 | -100.000 | |
Er heeft een aanbesteding plaats gevonden voor de Wmo voorzieningen. Het contract krijgt de de vorm van een huurcontract. Het oude contract loopt nog 8 jaar door, maar nieuwe voorzieningen worden verstrekt vanuit het nieuwe contract. Vanaf 2026 wordt de inkomensafhankelijke eigen bijdrage ingevoerd. Het is moeilijk in te schatten wat hiervan het effect is. We hebben er rekening mee gehouden door geen stijging van het gebruik op te nemen. | |||||
Wmo hulpmiddelen | -15.000 | - | - | - | D |
In de meicirculaire 2024 zijn voor 2 jaar (2024 en 2025) extra middelen beschikbaar gekomen voor de Wmo hulpmiddelen. Reden is dat het scheiden van wonen en zorg in de Wet langdurige zorg (Wlz) leidt tot meerkosten bij gemeenten. Daarom zijn deze meerkosten in 2024 en in 2025 vanuit de Wlz overgeboekt naar het gemeentefonds. | |||||
Vraagafhankelijk vervoer | - | -45.000 | -93.000 | -147.000 | |
De bijdrage voor vraagafhankelijk vervoer stijgt de komende jaren. Het vervoersvolume is nog niet op het niveau van voor de pandemie. Voor de komende jaren zit hier een opbouw in aan verwacht vervoersvolume conform landelijke trend. Daarnaast valt een subsidie van de provincie weg conform de begroting van PlusOv. | |||||
Leerlingenvervoer | - | -83.000 | -173.000 | -272.000 | |
De bijdrage voor leerlingenvervoer stijgt de komende jaren omdat het vervoersvolume stijgt. | |||||
Oekraïense vluchtelingen | - | p.m. | p.m. | p.m. | |
Compensatie door het Rijk | - | p.m. | p.m. | p.m. | |
Door de oorlog in Oekraïne worden er Oekraïense vluchtelingen opgevangen. Het verloop van het aantal in 2024 en 2025 is nog onbekend. Het is niet duidelijk of er meer Oekraïense vluchtelingen zullen volgen of dat er weer teruggaan. Voor de huisvesting, begeleiding, leefgeld en uitvoering worden kosten gemaakt. Tegenover deze kosten zal een vergoeding van het Rijk worden ontvangen. De totale lasten en baten zijn nog onbekend. Met het vaststellen van de begroting machtigt de raad het college om de opgebouwde reserve voor huisvesting van vluchtelingen, statushouders en overige doelgroepen, samen met de middelen die van het rijk worden ontvangen, in te zetten voor huisvesting van deze doelgroepen. | |||||
Eigen bijdrage Wmo | - | 478.000 | 499.000 | 499.000 | |
In de meicirculaire 2023 zijn de consequenties opgenomen van de afschaffing van het abonnementstarief Wmo per 1-1-2026. Er wordt een inkomensafhankelijke eigen bijdrage ingevoerd. De baten die hier zijn opgenomen zijn gelijk aan de vermindering van de algemene uitkering. Onzeker is of dit bedrag een reële eigen bijdrage voor gemeente Epe is. De komende jaren zal dit nog verder uitgewerkt worden. | |||||
Programma 2 Actief in Epe | |||||
Gezond en Actief Leven Akkoord | - | 126.000 | 210.000 | 210.000 | |
Dekking bijdrage Rijk | - | -126.000 | -210.000 | -210.000 | |
De VNG, GGD GHOR Nederland, Zorgverzekeraars Nederland en het ministerie van VWS hebben in het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA), dat op 3 februari 2023 is getekend, gezamenlijk afspraken gemaakt op het gebied van gezondheid en welbevinden gericht op een gezonde generatie in 2040. Door middel van een specifieke uitkering (SPUK) wordt geld geoormerkt aan gemeenten beschikbaar gesteld. Deze SPUK-middelen willen we inzetten voor activiteiten op het gebied van sport, bewegen en cultuur en gezondheid en sociale basis. Een deel van de beschikbaar gestelde middelen is structureel, een deel incidenteel. | |||||
Dienstverlening aan mensen in kwetsbare posities (wegvallen van de uitgaven) | - | - | - | 121.000 | |
Naar aanleiding van de Parlementaire Ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag (POK) heeft het kabinet voorstellen gedaan om de dienstverlening vanuit de overheid aan mensen in kwetsbare posities fundamenteel te verbeteren. Hiervoor zijn tot en met 2027 middelen beschikbaar gesteld aan gemeenten. Vanuit het Rijk zijn de volgende actielijnen opgesteld waaraan de middelen gekoppeld zijn: rechtsbescherming (sociaal raadslieden en ombudsfunctie), versterking sociale wijkteams, integraal werken in het sociaal domein en versterken leervermogen sociaal domein. Uitvoering van de actielijnen zal plaatsvinden binnen het uitvoeringsprogramma behorende bij het nieuwe integrale beleidsplan sociaal domein. | |||||
Programma 5 Ruimte en wonen | |||||
Servicelasten (wegvallen uitgaven) | - | 55.546 | 55.546 | 55.546 | |
Huuropbrengsten (wegvallen opbrengst) | - | -63.350 | -63.350 | -63.350 | |
Lagere doorbelasting servicekosten (wegvallen opbrengst) | - | -69.800 | -69.800 | -69.800 | |
Verhuisvergoeding Tribuut (wegvallen van de uitgaven) | - | 75.000 | 75.000 | 75.000 | |
Door het vertrek van de huidige huurder uit de aanbouw van het gemeentehuis (Parkweg 5), vervallen de servicelasten en de opbrengsten vanaf 2026 structureel; deze zijn nu voor een half jaar in de basis van de begroting 2025 opgenomen. In de basis 2025 is ook een eenmalige verhuisvergoeding voor Tribuut opgenomen, welke vanaf 2026 vervalt. | |||||
Vervallen kosten Parkweg 5 (bij verkoop gebouw) | - | 60.000 | 120.000 | 120.000 | |
Afbouw overhead (door vertrek huidige huurder) | - | 2.500 | 5.000 | 5.000 | |
Stelpost opbrengst vanaf 2026 | - | 37.500 | 75.000 | 75.000 | |
Als de aanbouw van het gemeentehuis wordt afgestoten, vervallen vanaf 2026/2027 structurele lasten van het gebouw, die nu nog in de begroting 2025 zijn opgenomen. Daar tegenover staat dat verwacht wordt dat met het afstoten van de aanbouw, door kapitalisatie een structurele opbrengst kan worden gerealiseerd. Hiervoor is een stelpost opgenomen. | |||||
Programma 6 Epe op orde | |||||
Recreatiezonering | - | 5.000 | 5.000 | 5.000 | |
Met gemeenten en terrein beherende organisaties heeft de provincie een recreatiezoneringsplan voor de Veluwe opgesteld om natuur en recreatie op de Veluwe te versterken. Voor het Eper bosbedrijf wordt het recreatiezoneringsplan in samenwerking met de gemeente Heerde en het Geldersch Landschap nader uitgewerkt en worden maatregelen gerealiseerd. De provincie verstrekt een subsidie van € 190.000. In 2024 is € 50.000 beschikbaar, in 2025 € 15.000 en vanaf 2026 € 10.000 per jaar. De structurele verlaging van de uitgaven ten opzichte van 2025 is hier opgenomen. | |||||
Areaalaccres uitgaven openbare ruimte | - | -35.524 | -72.430 | -96.431 | |
Toename van de woningvoorraad betekent dat in de meerjarenramingen rekening moet worden gehouden met een autonome toename van kosten. Het betreft een toename in de kosten van onderhoud van de openbare ruimte. | |||||
Programma 10 Weer aan het werk | |||||
Werkervaringsplekken | 40.000 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | D |
Dekking BUIG middelen | -40.000 | -40.000 | -40.000 | -40.000 | |
Doel van werkervaringsplekken is om de uitstroom naar werk te bevorderen (bijvoorbeeld: participatieplaatsen en taalstages). Daarvoor geldt een regeling waarbij voor deze taak een kleine financiële vergoeding wordt verstrekt. Het huidige aantal mensen dat gebruik maakt van de regeling is sterk gegroeid. Voor deze uitbreiding is meer budget nodig. Voorwaarde voor verstrekking van de financiële bijdrage is dat iemand groeit op de participatieladder of uitstroomt naar werk. De uitbreiding van het budget kan gedekt worden uit de BUIG middelen. | |||||
Participatiewet / uitvoering Lucrato / uitvoering WSW | - | 130.000 | 259.000 | 453.000 | |
Betreft de aanpassing (verlaging) van het uitgaven budget conform de verlaging van het rijksbudget in de integratie-uitkering sociaal domein. De ontwikkeling van de inkomsten is opgenomen onder de algemene dekkingsmiddelen. Per saldo verloopt dit budgettair neutraal. De rijksmiddelen participatie (wsw) worden 'doorgegeven' aan Lucrato. Vooralsnog verwacht Lucrato dat de daling van de rijksmiddelen gepaard gaat met een daling van het aantal wsw-ers. In de meicirculaire 2024 is voor de wsw (onderdeel participatie) voor Epe opgenomen voor 2025: € 3.890.526 2026: € 3.760.193 2027: € 3.631.654 2028: € 3.437.186 | |||||
Participatiewet / nieuwe begeleiding | - | -15.000 | -31.000 | -46.000 | |
Aanpassing van het uitgaven budget conform de mutaties in het rijksbudget in de integratie-uitkering participatie en de algemene uitkering. De ontwikkeling van de inkomsten is opgenomen onder de algemene dekkingsmiddelen. Per saldo budgettair neutraal. Bijdrage participatie beschut werk (meicirculaire): 2025: € 202.711 2026: € 218.027 2027: € 233.342 2028: € 248.473 | |||||
Programma 11 Bestuur en organisatie | |||||
Extra capaciteit Regio Stedendriehoek | - | 50.000 | 50.000 | 50.000 | |
De benodigde extra financiering is € 360.000. Met deze middelen kan de regio personele versterking organiseren op strategische portefeuilles als gebiedsontwikkeling, op lobby bij provincie, Rijk en Europa, en op de uitvoeringsagenda. Deze financiering was in eerste instantie alleen voor 2023. De extra kosten voor Epe bedroegen € 42.000, dit betrof specifiek extra inzet op de werkorganisatie. In 2024 en 2025 wordt nu een bijdrage gevraagd van € 291.000, € 125.000 meer dan de huidige gemeentebegroting (structureel). Onderdeel hiervan is € 50.000 voor lobby, externe profilering en opstart investeringsplatform (t/m 2025). Evaluatie na 2 jaar. Vanaf 2026 is de structurele bijdrage € 75.000 hoger t.o.v. 2023. | |||||
Verkiezingen | - | -50.500 | -80.500 | -50.500 | |
In 2025 zijn er geen verkiezingen, maar er worden wel al voorbereidingen getroffen voor de gemeenteraadsverkiezingen in 2026. Per verkiezing wordt als algemeen uitgangspunt € 87.000 geraamd in de (meerjaren)begroting. In 2027 wordt een gecombineerde verkiezing (voor het algemeen bestuur van het waterschap en voor de Provinciale Staten) gehouden, wat extra kosten met zich meebrengt. In 2028 zijn de Tweede Kamerverkiezingen gepland. | |||||
Budget raadsinitiatieven (wegvallen uitgaven) | - | 50.000 | 50.000 | 50.000 | |
In de begroting 2024 en 2025 is een initiatievenbudget van € 50.000 voor de Raad opgenomen. Hiermee kan de Raad inspelen op initiatieven vanuit inwoners, organisaties en bedrijven. Dit budget is voor 2 jaar (2024 en 2025). Daarna zal geëvalueerd worden of het budget gecontinueerd zal worden. | |||||
Gemeenteraad en advies commissies | - | -19.000 | 17.000 | 17.000 | |
In 2025 begint de voorbereiding van de gemeenteraadsverkiezingen 2026. Inmiddels is het een gebruik geworden dat de stemwijzer wordt ingezet en dat mogelijkheden worden geboden voor de cursus politiek actief. Hiervoor is in 2025 een budget van €17.000 opgenomen. Voor 2026 is budget nodig voor o.a. communicatie en voor diverse activiteiten rond het afscheid van vertrekkende en het aantreden van nieuwe raadsleden, inclusief een inwerkprogramma voor nieuwe raadsleden. | |||||
ICT-middelen voor nieuwe gemeenteraad | - | -45.000 | - | - | |
De gemeenteraad gebruikt ter ondersteuning van de werkzaamheden Ipads/laptops. De nieuwe raad krijgt deze ict-middelen op grond van het rechtspositiebesluit decentrale ambtsdragers (art. 3.3.2) waarbij het college deze ict-middelen verstrekt aan de raad (raadsleden en fractievolgers). Het betreffen de kosten van onder meer aanschaf, abonnementen, beheer en ondersteuning. Er wordt een storting gedaan in de reserve ICT. De kapitaallasten worden vervolgens jaarlijks gedekt uit de ICT-reserve. | |||||
Rijbewijzen | - | 25.000 | 30.000 | 25.000 | |
Van het CBR ontvangen wij ieder jaar een inschatting van het aantal verwachte aan te vragen rijbewijzen (zowel nieuw als verlenging). Er wordt een forse groei verwacht na 2025. De reden hiervoor is niet aangegeven, maar mogelijk heeft het te maken met het forse aantal geboortes begin 2000 en de mogelijkheid om het rijbewijs te halen op de leeftijd van 17 jaar. | |||||
Autonome loonstijging (incl. sociaal domein) | - | -652.000 | -1.504.000 | -2.310.000 | |
Autonome prijs- en inkomstenstijging (excl. sociaal domein) | - | -619.000 | -1.251.000 | -1.898.000 | |
Autonome stijging prijzen sociaal domein (indexatie) | - | -459.000 | -928.000 | -1.408.000 | |
De berekeningen van de autonome loon-, prijs- en inkomsten-stijgingen zijn gebaseerd op de indicaties die hiervoor gegeven zijn m.b.t. de ontwikkeling van het percentage 'prijs overheidsconsumptie netto materieel (imoc)' en de verwachte loonstijging waar de meicirculaire 2024 van uit gaat. Voor de jaren 2026 t/m 2028 worden de volgende percentages gehanteerd: - prijzen: resp. 2,2%, 2,2%, 2,2% (verwachte prijsontwikkeling overheidsconsumptie, netto materieel, imoc); - lonen: resp. 3,4%, 4,3%, 3,9%. Voor prijs- en inkomstenstijging is het saldo van beide weergegeven. Omdat vanaf 2023 de compensatie van het Rijk voor loon- en prijsstijging voor het sociaal domein niet meer is opgenomen in het sociaal domein-deel van de algemene uitkering, is hiervoor een afzonderlijke raming worden opgenomen. | |||||
Personele kosten ten laste van grondbedrijf en investeringen | - | -25.000 | -50.000 | -50.000 | |
In het kader van het financieel toezicht is door de provincie geadviseerd de toerekening van personele kosten aan investeringen en aan de bouwgrondexploitatie te beperken. Gelet op het advies van de provincie wordt deze toerekening gefaseerd afgebouwd. In de begroting 2027 kan de opgebouwde stelpost worden ingezet, waardoor de toerekening van personele kosten aan investeringen en bouwgrondexploitatie volledig is afgebouwd. | |||||
Verzekeringen; taxatie gemeentelijke eigendommen | - | - | -16.000 | - | |
Om de juiste verzekerde waarden van de gemeentelijke opstallen en inventarissen te bepalen is het noodzakelijk om voor de opstallen eens per 6 jaar en voor de inventarissen eens per 3 jaar een taxatie te laten uitvoeren. In 2024 zijn de inventarissen en opstallen getaxeerd. | |||||
Stelpost: niet doorvoeren prijsindexatie op beïnvloedbare posten in de begroting | - | -666.000 | -666.000 | -666.000 | |
Om het structurele financiële tekort in de begroting te gaan oplossen, voert het college in 2024 een financiële en beleidsmatige doorlichting uit. Vooruitlopend hierop anticipeert het college hierop door op een groot aantal (beïnvloedbare) posten in de begroting geen indexatie/prijsstijging toe te passen in 2024 en 2025. Dit betekent dat de taken en het bestaande beleid op deze posten met een vergelijkbaar budget als in de begroting 2023 zal moeten worden gerealiseerd. Dit zal moeten resulteren in lagere uitgaven en lagere inkomsten van per saldo € 1 mln. Dit bedrag was een eerste indicatie van wat haalbaar zou zijn. In de uitwerking is gebleken dat een bedrag van € 666.000 haalbaar was. Omdat de uitgavenverlaging tijdelijk, voor 2024 en 2025 geldt, worden de budgetten vanaf 2026 weer verhoogd. | |||||
Programma 12 Algemene dekkingsmiddelen | |||||
Algemene uitkering 2025-2028 | - | -2.629.000 | -123.000 | 2.239.000 | |
In de begroting 2025 is de Algemene Uitkering op basis van de meicirculaire 2024 geraamd op een bedrag van € 70.328.000. Voor de jaren 2026 t/m 2028 is de raming: - 2026: € 67.699.000 - 2027: € 70.205.000 - 2028: € 72.567.000 Een toelichting op de ontwikkeling van de algemene uitkering is opgenomen in een afzonderlijke notitie die op verzoek via de griffier beschikbaar is. | |||||
Algemene uitkering (Incidentele) middelen jeugd | - | 482.000 | 358.000 | 424.000 | |
Epe ontvangt ter compensatie van het tekort op de middelen jeugd voor 2024 € 2.366.344. De middelen voor 2024 en 2025 blijken uit de meicirculaire 2023. Gemeenten mogen in de jaarschijven 2026, 2027 en 2028 de middelen zoals afgesproken in de hervormingsagenda als structurele en reële raming meenemen. Dit is conform de begrotingscirculaire van de provincie. De bedragen zijn als volgt: 2025: € 1.457.701 2026: € 481.941 2027: € 358.062 2028: € 424.244 | |||||
Rijksmiddelen omgevingswet (indicatief) | 217.500 | - | - | - | D |
Bij het Rijk staat nog een reservering voor uitvoeringskosten Omgevingswet in 2025 voor gemeenten. Deze middelen zullen naar verwachting in een volgende circulaire worden toegevoegd aan het gemeentefonds. Deze zijn op dit moment geen onderdeel van de algemene uitkering. | |||||
Herijking algemene uitkering (incl. sociaal domein) | - | -100.000 | -100.000 | -100.000 | |
Dit betreft een stelpost voor het risico van het negatieve effect van de herijking van de maatstaven van de algemene uitkering uit het gemeentefonds (vanaf 2023). De herijking is met ingang van 2023 ingevoerd. Rekening houdend met het feit dat de uitkomst een tussenstand is en met een aantal onzekerheden is omgeven, is het risico op een nadeel voor Epe in de meerjarenbegroting voorlopig opgenomen voor een bedrag van (afgerond) € 3,00 per inwoner. | |||||
Opbrengst OZB; woningen en niet-woningen | - | 212.000 | 418.000 | 627.000 | |
Betreft stijging als gevolg van toename aantal objecten en in de jaren 2026-2028 een geïndexeerde stijging van de tarieven. | |||||
Toeristenbelasting | - | 92.500 | 92.500 | 92.500 | |
Vervallen compensatie COA | - | -92.500 | -92.500 | -92.500 | |
In 2024 en 2025 is sprake van een daling van de opbrengst door asielzoekers en Oekrainers die in de hotels Fletcher en Dennenheuvel zijn gehuisvest (-€ 104.594). Hiervan heeft € 12.000 betrekking op Dennenheuvel, deze opbrengst vervalt structureel (andere functie hotel). Vanaf 2026 gaat de opbrengst van Fletcher weer naar het verwachte 'oude' niveau en is er dus sprake van een voordeel t.o.v. 2025. Er wordt vanuit gegaan dat de opbrengstderving wordt gecompenseerd door het COA. | |||||
Programma Overhead | |||||
Wet Open Overheid (lagere uitgaven) | - | - | 55.000 | 55.000 | |
De Wet Open Overheid (WOO) is in 2022 in werking getreden. De wet is bedoeld om overheden meer transparant te maken en deze wet moet ervoor zorgen dat overheidsinformatie beter vindbaar en toegankelijk wordt. In de algemene uitkering zijn hiervoor middelen beschikbaar gesteld. Vanaf 2022 is een stelpost opgenomen voor de uitgaven, gebaseerd op de middelen die in de algemene uitkering beschikbaar zijn gesteld (basis 2025: €145.000). Na 2026 vervalt het tijdelijke bedrag van €55.000. | |||||
Beveiliging avondopenstelling gemeentehuis | -12.000 | -12.000 | -12.000 | -12.000 | D |
Voor de kosten van beveiliging tijdens raads- en commissievergaderingen en andere avondopstellingen van het gemeentehuis wordt een structureel budget van €12.000 opgenomen ten behoeve van gastvrijheid en veiligheid van personeel en bezoekers. | |||||
Generatiepact (2023-2026) (toevoeging aan reserve) | - | -25.000 | 75.000 | 75.000 | |
Dekking uit reserve eenmalige dekkingsmiddelen | - | 25.000 | -75.000 | -75.000 | |
Goed werkgeverschap betekent ook vitaal leeftijdsbeleid. Het generatiepact is hier een onderdeel van. Deze regeling is erop gericht om medewerkers vanaf 62 jaar de mogelijkheid te bieden om hun beroep tot aan hun pensioengerechtigde datum duurzaam te kunnen uitoefenen. Dit bevordert doorstroom en vitaliteit van mensen. In begroting 2023 is hiervoor een budget voor een periode van 4 jaar (2023-2026) toegekend. In 2025 wordt € 75.000 toegevoegd aan de reserve Generatiepact (in 2026: € 100.000). De jaarlijkse uitgaven worden uit deze reserve betaald. | |||||
Verlofsparen | - | -9.734 | -15.746 | -13.200 | |
Ter ondersteuning van het vitaliteitsbeleid is in de CAO (vanaf 1 januari 2022) de mogelijkheid opgenomen dat medewerkers hun bovenwettelijke vakantie-uren (en andere aangewezen uren) kunnen sparen. Deze verlofspaaruren kunnen de medewerkers later opnemen, passend bij hun specifieke wensen ten aanzien van hun werk en privé-leven, zodat ze beter in staat zijn om gedurende hun loopbaan vitaal te blijven. De waarde van de gespaarde verlofuren wordt toegevoegd aan de voorziening Verlofsparen. Het opgenomen spaarverlof wordt dan betaald uit deze voorziening. | |||||
Energie en warmte - capaciteit ondersteunende teams | - | -27.000 | -27.000 | -27.000 | |
Dekking uit middelen van het Rijk (klimaatakkoord) | - | 27.000 | 27.000 | 27.000 | |
Begin 2022 is de Transitievisie Energie en Warmte vastgesteld die beschrijft hoe in 2025 energieneutraal te zijn. Basis voor de visie ligt in het Klimaatakkoord. De uitwerking van de visie vraagt een aanzienlijk budget voor een fors meerjarig proces. | |||||
Loonkostenstijging door HR-21 | -135.000 | -120.000 | -105.000 | -90.000 | D |
Per 1 januari 2025 wordt de functiewaarderingssystematiek HR21 ingevoerd. Pas eind 2024 zal duidelijk zijn wat het exacte effect is op de loonkosten 2025 e.v. Naar verwachting zal 10% van de functies hoger en 10% van de functies lager ingeschaald worden. Het hoger inschalen van functies leidt direct tot hogere loonkosten. Het (voordelige) effect van de lagere inschaling van functies zal later gerealiseerd worden, doordat de huidige inschaling van zittende medewerkers gehandhaafd blijft. Op basis hiervan is een inschatting gemaakt van de extra loonkosten in 2025-2028 door de herinschaling van functies bij de invoering van HR-21. | |||||
Arbeidsmarkttoelage | -107.000 | -96.000 | -85.000 | -75.000 | D |
Bij het aannemen van nieuwe medewerkers wordt in sommige gevallen een arbeidsmarkttoelage toegekend. Per 1 april 2024 geldt de Regeling Arbeidsmarkttoelage, waarin regels zijn opgenomen voor de toekenning van de toelage. De verwachting is dat de kosten van de arbeidsmarkttoelagen hierdoor in de toekomst lager zullen uitvallen. | |||||
Resultaatbestemming | |||||
Toevoeging resp. onttrekking aan reserve jeugdzorg (extra rijksmiddelen) | - | 965.000 | 1.089.000 | 1.022.000 | |
De extra middelen voor jeugdzorg die worden ontvangen van het rijk, worden in eerste instantie (vanaf 2022) gereserveerd, voor zover deze niet worden uitgegeven. Hiervoor is ingaande 2022 een nieuwe reserve ingesteld. Vanaf 2025 zijn de middelen van het rijk niet meer toereikend en zal de reserve worden ingezet om het tekort te dekken. Op termijn zal een evaluatie inzicht moeten geven in de ontwikkeling van de noodzakelijke uitgaven en de beschikbare financiële dekkingsmogelijkheden. | |||||
Technische mutaties budgetprognose | 416.737 | 643.464 | 764.464 | 778.464 | |
Het gaat hier om een aantal financieel-technische mutaties, zoals de vrijval van kapitaallasten (rente en afschrijving) en diverse posten die incidenteel voor 2025 in de basis zijn opgenomen en die daarom wegvallen vanaf 2026. Een specificatie van deze post is op verzoek via de griffier beschikbaar. | |||||